Alexander Bobkin

Het kleine meisje (acryl op fotocanvas)

Alexander Bobkin is in het gezelschap van 25 een van de toonaangevende kunstenaars die  met zijn exposities en boeken al een zekere landelijke faam heeft verworven. Om werk zit hij allerminst verlegen, maar hij was er als de kippen bij om in te tekenen op deze nieuwe Nachtwacht, een nota bene vooralsnog onbezoldigde opdracht. We danken zijn deelname aan de keuze van Rembrandt om in zijn Nachtwacht een klein meisje te situeren, te midden van de krijgsfiguren. En om dat kleine meisje bovendien middenin het licht te zetten. Een kennelijk voor Rembrandt betekenisvolle figuur, zoals dat ook voor Alexander geldt.

We mogen het meisjesgestalte gerust een Leitmotiv in het werk van Alexander noemen. Bladerend door zijn boeken wijst hij op tal van gestaltes die refereren aan zo’n meisjesfiguur. Vanwege dit groepsproject heeft hij een apart doek opgezet met een hoofdrol voor het kleine meisje van Rembrandt. Vanwaar zijn fascinatie voor juist dit gestalte? En is er een relatie met de pictorale traditie van zijn Siberische thuisland, waar hij zijn eerste stappen als kunstenaar heeft gezet?

In NRC verwoordden twee liefhebbers van het werk van Alexander het als volgt: ‘Wat wij zo mooi vinden aan dit werk zijn de kleuren en de manier waarop hij de personen schildert. Die figuren ogen een beetje onwezenlijk. Daardoor wordt je fantasie geprikkeld. Wat doen die mensen daar?’ Precies de vraag die het meisje oproept in De Nachtwacht: wat in Godsnaam heeft zij tussen die schutters te zoeken? 

Instagram: @alexanderbobkin
www.bobkin.nl

Barry van der Rijt

Schoenmakersmes, gekarteld tafelmes en zwavelzuur (print op canvas, drie toetakelingen met schoenmakersmes, gekarteld tafelmes en zwavelzuur)

Er zit iets tweeslachtigs in de keuze van Barry van der Rijt: hij kiest voor een fragment op ooghoogte – goed in het zicht – maar hij voert die aandrang niet tot het uiterste door: het fragment helemaal in het midden gunt hij een ander. Hoewel hij tal van exposities op zijn naam heeft en faam heeft gemaakt met een boek en reeksen postkaarten, schrikt hij terug voor het allerhoogste podium, fragment C3. Zijn “natuurlijke onzekerheid” houdt hem tegen.

Maar wel op ooghoogte, omdat hij de beschouwer indringend wil confronteren met zijn ingreep in De Nachtwacht, drie aangebrachte beschadigingen pal in het centrum van het schilderij, wat niet wil zeggen dat Barry hiermee wil provoceren. Wat dan wel? Uitdrukking geven aan de agressie die in hem zit, die in iedereen zit. En bovenal: de uitnodiging in die beschadigingen de schoonheid te zien. Alles wat mooi bedoeld is, is pas mooi als mensen ermee aan de slag gaan, als de geschiedenis zich in het leven kerft. Het uitgangspunt van Barry is – als in al zijn werken – documentair: hij grijpt terug op de drie daadwerkelijk op de Nachtwacht gepleegde aanvallen. De eerste dateert van 1911, als een man de schildering klieft met een schoenmakersmes. In 1975 snijdt een man een hele reep uit het werk, waarna vijftien jaar later De Nachtwacht gutsen zwavelzuur over zich heen krijgt. Met zijn aanvallen blijft Barry trouw aan de geschiedenis, waarbij met name het zwavelzuur voor de nodige hoofdbrekens zorgt. Pas na consultatie van experts in de chemie doorgrondt hij de beschadiging: een rustige besproeiing op juiste afstand, met een mengsel van precieze concentratie, 96  procent. 

De Nachtwacht is er rijker van geworden, vindt Barry. Zélfs De Nachtwacht, of beter: juíst De Nachtwacht, het icoon van schilderkunst, de spreekwoordelijke onaanraakbare schoonheid. Je doet de geschiedenis van het werk recht door ook zijn tegenslagen te tonen, vindt hij, dus De Nachtwacht mét beschadigingen is niet minder relevant dan zonder. “Maar ik heb alle begrip voor de restauraties. Anders nodig je uit tot molesteren, dan blijft er niks meer van over.”

Juist in een omgeving waarin alles is opgepoetst, waarin een landschap en stedelijke omgeving in hokjes en lijntjes zijn geperfectioneerd, zijn krassen nodig om zo’n omgeving tot leven te wekken. Een kras op je ziel maakt rijker, zegt Van der Rijt, en in zijn eigen woonomgeving – een keurig aangelegd stukje nieuw Nijmegen Noord – ontbreekt het nog aan krassen, beschadigingen, olifantenpaadjes en rafelranden. Zijn woonomgeving is dus nog lang niet af, en al helemaal niet mooi. Wel mooi bedoeld, maar dat is dus iets anders. Met het beschadigen geeft hij commentaar op wat tot norm is verheven. Van der Rijt: “Het stelt ons voor de vraag wat eigenlijk normaal is.”

Rembrandt zou de aanpak van zijn fragment hebben gewaardeerd, vermoedt Van der Rijt. De schildernorm in zijn tijd werd gesteld in Italië, wat Rembrandt nadrukkelijk niet heeft willen volgen en hem op stevige kritiek kwam te staan. “Eigenlijk heeft elk groot kunstenaar lak aan regels. Nu kan en wil ik mezelf absoluut niet vergelijken met de groten der aarde, maar het lak hebben aan regels is overeenkomstig en inspirerend. Die herkenbaarheid houdt me op de been.” Dit werk heeft hem als kunstenaar verder gebracht: er was moed en doorzettingsvermogen voor nodig om zijn intenties geldig te maken op het allergrootste kunstwerk. Scherper dan ooit heeft hij in dit fragment zijn handelsmerk verbeeld: de echte schoonheid schuilt in de imperfectie.

Facebook.com/barryvanderrijt
Website: barryvanderrijt.com

Ceciel Naalden

Schilderen in het luchtledige (acryl op paneel)

Het kostte wat moeite om Ceciel Naalden te overtuigen om deel te nemen aan Nijmegen herstelt de Nachtwacht. “Een fragment schilderen leek me saai. Maar toen ik eenmaal ja had gezegd, wilde ik ook wel heel graag dit fragment. Door de hoeveelheid licht is het heel erg aanwezig. Dat sprak me enorm aan.” Ceciel schilderde zoals ze altijd doet, impressionistisch. Daarbij vond ze het best spannend, omdat de compositie ontbrak. “Er was geen context. Daardoor werd het een soort blind schilderen, schilderen in het luchtledige.”

Twee dagen nadat Ceciel haar fragment had ingeleverd, bezocht ze de Rembrandt-tentoonstelling in het Rijksmuseum en zag ze ook De Nachtwacht weer. “Het was goed dat ik niet eerder ben gegaan, want ik weet niet of ik het dan nog wel had gedurfd.” Ze heeft groot respect voor hoe Rembrandt in zijn tijd werkte en bijvoorbeeld de mensen menselijker maakte. Dat heeft ze bewust niet geprobeerd te imiteren. Haar voorkeur ligt niet per se bij de realisten. “Rembrandt schildert de werkelijkheid zoals hij die ziet. Ik heb meer met Vincent van Gogh, die de werkelijkheid naar zijn hand zet. Of met Pablo Picasso, die daarin nog veel verder gaat. Ook ben ik groot fan van de abstracte schilder Howard Hodgkin.”

Ceciel heeft met plezier gewerkt aan haar fragment, als samenspel van haar eigen specialiteit – trompe l’oeil – en het werk van de meester. “Rembrandt toont wat hij heeft gezien. In mijn werk zet ik de toeschouwer even op het verkeerde been, door hem te laten geloven dat hij naar een marmeren plaat kijkt, terwijl het eigenlijk MDF is.”   

Instagram: @cecielnaalden/hetoogbedrogen
www.cecielnaalden.nl

Dalila Ammar

Ontmoeting in droomtoestand (mixed media, collage)

De wisselwerking tussen twee mensen. Die vindt plaats op emotioneel, spiritueel, fysiek en mentaal vlak. De vraag naar hoe die eruit zou kunnen zien, vormt het uitgangspunt van het werk van Dalila Ammar. “In mijn fragment zie je zo’n ontmoeting, daarom wilde ik dit heel graag doen.” Dalila interpreteerde dit deel van de voorstelling als een gesprek over een gebeurtenis ergens in de verte. “De ene man wijst en de andere kijkt in die richting.” Zoals in al haar werken, creëert Dalila ook in dit fragment een universum waarin tijd en ruimte worden ervaren als een droomtoestand.

Wat Dalila van Rembrandt heeft opgepikt? “Werken met de emotie in de expressie van het gezicht. Rembrandt heeft in De Nachtwacht een aantal echte karakters bij elkaar gebracht, wat ik in mijn eigen werk nooit doe.” Verwantschap met Rembrandt voelt Dalila vooral op persoonlijk vlak. “Emotie en spiritualiteit zijn dingen die we volgens mij wel gemeen hebben. Daarbij heb ik begrepen dat Rembrandt een eigenwijze man was, bovendien behoorlijk op zichzelf. Dat is iets wat ik ook in mezelf herken.”

Instagram: @lilamar_fine_art

Dick van Aalst

Oog van de meester (mixed media)

“Ik ben geen echte schilder”, biecht fotograaf Dick van Aalst op. “Daarom heb ik mijn fragment niet gekozen op inhoud, maar op letter-cijfercombinatie. Ik vind 4 mooi evenwichtig, het getal van rust. 4 verlangt niets van mij. Daarbij is het de helft van 8 en dat cijfer staat voor oneindigheid. Met de letter B ben ik al veel langer bezig, bijvoorbeeld de inspiratiekracht van B-locaties, plekken in landschap en gebouwen die je energie geven en je dwingen tot het maken van nieuw beeld.”

Dick schildert “wel eens”, maar heeft niet de illusie om ook maar een beetje bij Rembrandt in de buurt te komen. Vandaar dat hij voor de invulling van zijn fragment koos voor een bijzondere aanpak. “Elk goed beeld kent een bepaalde gelaagdheid. Daarbij zie je dat in schilderijen uit Rembrandts tijd geregeld doeken geheel of gedeeltelijk werden overgeschilderd. Dat heb ik tot uitdrukking willen brengen door mijn deel van het werk te printen op doek en dat op elkaar te plakken.” Nu is De Nachtwacht ooit aangevallen door iemand die met een mes in het werk kerfde. Met dat idee in zijn achterhoofd maakte Dick de onderschildering zichtbaar. “En op één plek is zelfs zó diep gesneden, dat er iets anders zichtbaar wordt: het oog van de meester.”

Veel bewondering heeft Dick voor de durf van Rembrandt om anders te zijn en te werken. En hij leerde om langer te blijven kijken. “Ik vind het interessant om me te verdiepen in hoe anderen kijken, naar kaders, naar licht, naar kleur. Ik ga niet bewust op zoek naar het licht van Rembrandt. Maar als ik het tijdens het fotograferen of filmen herken, dan is dat de bevestiging dat het goed is.”

Instagram: @dickvanaalst
www.dickvanaalst.com

Diederik Grootjans

Een verrassende kleurenrijkdom (acryl op MDF-paneel)

Diederik Grootjans vond het wel prettig om iets met figuratie te doen. “Maar wel enigszins bescheiden, niet in het middelpunt.” Zo kwam hij uit bij enkele figuren aan de rand, in het halfduister. Zijn grootste uitdaging was iets te doen met de achtergrondkleur. “Die lijkt egaal, maar bij nader bestudering zie je hier en daar wat groenigs, terwijl het in andere delen meer bruin en rood is. Toen zag ik pas goed hoe knap Rembrandt dat heeft aangepakt.”

Door zijn hernieuwde bestudering van De Nachtwacht, is zijn respect voor het schilderij nog verder gegroeid. “Het zit ongelooflijk knap in elkaar, niet alleen schilderkunstig, maar ook psychologisch.” Diederik roemt de Hollandse menselijkheid die Rembrandt schilderde, voor hem getuigenissen van de aard van de mensen. “Wat ik ook heel erg Hollands vind, is dat het onverbloemd is, maar toch heel humaan.” Met het ouder worden heeft Diederik het idee dat Rembrandt steeds dichterbij komt. “Ik ben nog maar elf keer mijn eigen leeftijd van hem verwijderd.”

Schilderkunstig heeft Diederik weinig van Rembrandt geleerd tijdens het werken aan zijn fragment, en liet hij zich niet dicteren door het oorspronkelijke beeld. Toch heeft het project hem wel iets opgeleverd: de spanning om iets met een deel te doen, zonder enige notie over de verrichtingen van zijn 24 collega’s. “Door die vrijheid verliest het resultaat mogelijk aan coherentie, maar interessant is het zeker. Ik ben blij dat ik hierin een rol heb mogen spelen.”    

Instagram: @d.grootjans

Elzo Dibbets

Ajax-fan Rembrandt (onderschildering met penseel, spons en verfspuit. Overschildering van tientallen dunne transparante kleurlagen met verfijnd verfspuitje)

Het fragment met het vaandel van de schutterij sprak Elzo Dibbets wel aan. “Ik vraag me al heel lang af wat mensen bezielt om achter een vaandel aan te lopen. Om je te identificeren met een stuk stof in bepaalde kleuren. Ik begrijp het niet.” Nou ja, op één vlak begrijpt Elzo het een beetje, namelijk als het om voetbal gaat. Bij wijze van geintje schilderde hij de vlag, die prominent in beeld is, in Ajax-kleuren. “Afgelopen voorjaar hebben we enorm van de club kunnen genieten.” Dat Ajax strandde in de halve finale van de Champions League had voor Dibbets wel iets symbolisch. “Het is eigenlijk net als met schilderen. Werken aan een schilderij is veel leuker dan het eindresultaat. Het zoeken naar oplossingen voor de problemen die je tegenkomt, is heel erg spannend. Als het eenmaal klaar is, gaat het de boeken in.” Elzo sluit niet uit dat Rembrandt het werken aan schilderijen ook zo opvat. “En ik denk dat Rembrandt ook Ajax-fan zou zijn geweest.”

Niet alleen de kleuren van de vlag vallen op, ook de zilverkleurige lijst van Elzo is prominent aanwezig in de nieuwe Nachtwacht. Hij vond dat het blanke hout zijn fragment onrustig maakte. “Ik gebruik die zilverkleur vaker in mijn lijsten. Het zorgt er bovendien voor dat de vlag meer van het doek knalt.”

Rembrandt is een van de vele schilders waar Elzo veel naar gekeken heeft. Hij noemt ook Pieter Saenredam, Caravaggio, Piet Mondriaan. “Door veel naar anderen te kijken, ontwikkel je je eigen manier van kijken.” Door voor dit project eens goed naar De Nachtwacht te kijken, heeft Elzo weer van Rembrandt kunnen leren. “Maar eigenlijk leer ik mijn hele leven al en leer ik nu nog steeds.”   

Website: elzo.exto.nl

Gerlinde Habekotté

De suggestie van ruimte (smeed- en laswerk)

Eigenlijk was Gerlinde Habekotté wel verbaasd dat ze gevraagd werd voor Nijmegen herstelt De Nachtwacht. “Ik schilder helemaal niet, ik ben beeldhouwer en werk vooral met staal. Ik heb ook geen gevoel voor kleuren.” Dus toen ze een fragment mocht kiezen, zag ze het meest in het deel zonder veel kleur en waar een aantal lansen van de groep in de lucht steekt. Bovendien zag Gerlinde direct de mogelijkheden om de diepte in de schilderingen van Rembrandt driedimensionaal weer te geven. “Dat was nog wel een uitdaging, want het mocht niet meer dan 17 centimeter diep zijn. Ik heb geregeld een meetlat erbij gehouden om te zien of het niet te groot werd.” Ook door het kader werd ze beperkt. “Vaak werk ik veel groter. Werken van twee bij twee bij drie meter zijn geen uitzondering.”

Gerlinde vindt Rembrandt vooral interessant als graficus. “Hoe hij met een paar lijnen iets neerzet, vind ik heel erg knap.” Ze roemt Rembrandts diepte en ruimtelijkheid, die in het grafische werk veel beter te zien zijn dan in de schilderijen. Vooral in zijn tekeningen valt dat haar op. “Ik heb een boek over Rembrandt gekregen. Nou ben ik niet zo’n lezer, maar die tekeningen, daar kan ik naar blijven kijken. Ik vind het ongelooflijk knap.”

Waar Gerlinde normaal werk maakt dat vrij in een ruimte staat, vond ze het bijzonder om eens een reliëf te maken. Het viel haar op dat het een vak apart is. “Er is ruimte, maar die is beperkt. Dus je moet ook nadenken over de suggestie van ruimte.”

Instagram: @holunderhaus
facebook.com/habekotte
Website: www.habekotte.com

Harrie Gerritz

Een rode muur in het bos (acrylverf op paneel)

Harrie Gerritz koos voor het fragment in de hoek linksboven, een stenen wand op de achtergrond van het tafereel, in heldere lijnen door Rembrandt opgebouwd. Hierin komen veel elementen van Harrie’s kunstenaarschap samen: “Ik ben een kunstenaar van het landschap en houd van horizontale en verticale elementen. En van eenvoud.” Dat dit een fragment betreft in het deel van De Nachtwacht dat verloren is geraakt, vormt een extra motivatie. “Dit geeft mij de ruimte om iets aan De Nachtwacht te kunnen toevoegen.”

De schilderijen van Rembrandt zijn voor het kunstenaarschap van Harrie geen inspiratie geweest, wel zijn etsen, vooral zijn De drie bomen uit 1643. “Het contrast, de lichtval en de dramatiek van het moment in deze ets spreken mij zeer aan.” Tussen 1975 en 1995 heeft Harrie tientallen etsen gemaakt in het atelier van de meesterdrukker Piet Clement op de Prinsengracht in Amsterdam. Proefdrukken hiervan zijn in het bezit van het Rijksmuseum, waaronder de kleurets Rode Boom uit 1994.

Harrie staat als kunstenaar middenin de natuur, zie ook de locatie van zijn atelier, omgeven door dichte bebossing. De takken zorgen voor de belijning, het blad en de bloesem voor de kleuren, de wind voor het samenspel. De invulling van zijn fragment borduurt voort op deze door de natuur geschonken basiselementen. “Vooral in het Nederlandse landschap is een gebouw van rode baksteen heel mooi, het liefst met een rood pannendak.” En uit het een volgt het ander, zoals de opvallende blauwe kleur van de lijst die contrasteert met het rood van de stenen, overigens ook gekozen vanwege de samenhang van de 25 fragmenten. “Het blauw is een handreiking aan de fragmenten naast en onder het mijne.”

Website: harriegerritz.nl


Helmi Megens

Een vlag in het licht (textiel, mowilithe, olieverf, vloeibare kunsthars)

De keuze van Helmi Megens viel op de vlag in de linker bovenhoek, omdat ze hierin met textiel aan de slag kon, lekker voelbaar en goed te combineren met een bewerking met verf. Op diverse manieren heeft ze de vlag ‘naar voren’ weten te halen, bijvoorbeeld door met textiel extra volume te realiseren, waarbij ze de stof eerst heeft bewerkt met mowilithe, om er daarna olieverf op te brengen met kwast en paletmes.

Ook door met licht en donker te spelen wist Helmi de vlag te accentueren: haar fragment onderging de ene na de andere bewerking, waarbij ze de achtergrond almaar donkerder inkleurde. “Zo kwam het licht naar voren.” Het is haar dankzij dit fragment veel duidelijker geworden waarom Rembrandt de schilder van het licht wordt genoemd. “Heel knap hoe hij door te werken met licht en donker bepaalde onderwerpen weet te benadrukken.”

Ze is naar eigen zeggen door de bewerking van de vlag als kunstenaar een stap verder gekomen. Ze let nu veel meer op haar techniek, op het werken met licht en donker, op het kleurgebruik en op de positie van het onderwerp op het doek. “Ik denk dat hierdoor mijn werk meer verdieping krijgt.” Ze kijkt nu ook anders naar de grote schilder, mede dankzij de studie die ze heeft gemaakt van een keur aan boeken over Rembrandt. Ze aanschouwt nu niet alleen het schilderij als een geheel, ze beoordeelt een werk niet alleen op ‘mooi of minder mooi’. “Ik let nu veel meer op de details. Ik bewonder in zijn werk nu vooral zijn techniek.”